Naam: Gewone vinvis (Balaenoptra physalus)
Lengte: 27 meter
Gewicht: 74 ton
Verspreidingsgebied: Wereldwijd, behalve onder het pakijs
Beschermingsstatus: Bedreigd
Dieet: Kleine vissen, inktvissen en schaaldieren (roeipootkreeftjes, krill)
Uiterlijk: Grijs, lichtere onderkant
Wat eten Gewone vinvissen?
Net zoals andere baleinwalvissen openen deze vinvissen tijdens het foerageren hun enorme bek om grote hoeveelheden water met krill en vis in te slikken - tot 70 kubieke meter in het geval van de vinvis. Daarna sluiten ze hun bek en duwen het water door de baleinen heen waarachter de prooi blijft hangen.
De baleinplaten kunnen tot wel 75 cm lang en tot 30 cm breed zijn, elk vertakt in fijne haartjes. Tijdens het foerageren duiken de vinvissen tot een diepte van wel 200 meter en verzamelen dan per slok tot 10 kg aan zeedieren.
Wanneer er voedsel in overvloed is spenderen Vinvissen ongeveer 3 uur per dag aan foerageren, zo consumeren ze tot 1800 kg aan voedsel.
Als ze op scholen vis jagen dan zullen ze in brede cirkels rond de school zwemmen, bij elke passage de diameter van de cirkel iets verkleinend om zo de vissen samen te brengen in een dichte groep die gemakkelijk kan worden opgeslokt.
Zijn vinvissen sociaal?
Buiten het paarseizoen varieert de sociale structuur van de vinvissen, afhankelijk van waar in de wereld ze zich bevinden. Dit hangt ook af van de voedselschaarste en de leeftijdsverschillen.
Vinvissen worden alleen waargenomen, in paren en in groepen van zo’n 6 soortgenoten. Er bestaan echter ook waarnemingen van grote groepen, van 50 tot wel 300 dieren. Deze grote groepen worden meestal waargenomen tijdens de migratie.
Hoe snel kunnen Gewone vinvissen zwemmen?
Vinvissen kunnen langdurig hoge snelheden volhouden van rond de 35 km per uur. Tijdens het foerageren zwemmen ze ongeveer 10 km per uur. Gedurende een korte uitbarsting kunnen ze tot wel 45 km per uur halen.
Hoe plant de Gewone vinvis zich voort?
Vrouwtjesdieren worden geslachtsrijp vanaf ongeveer 6 jaar. Ze krijgen dan elke 3 tot 4 jaar een kalf.
Het paargedrag is nog nooit waargenomen dus daar is nog niet veel over bekend. De draagtijd is bijna een jaar. Het kalf is bij de geboorte ongeveer 6 meter lang en weegt tussen de 2 en 3 ton. Ze zullen ongeveer 6 maanden zogen en in die tijd in lengte verdubbelen.
Hoe lang leven vinvissen?
Een vinvis kan tot zo’n 90 jaar oud worden.
Hoeveel vinvissen leven er op de aarde?
De volledige wereldpopulatie vinvissen wordt op 100.000 geschat.
Hebben Gewone vinvissen natuurlijke vijanden?
Orka’s kunnen succesvol bij de jacht op oude of jonge vinvissen. Volwassen vinvissen behoren echter tot de snelste walvissen en zijn wanneer ze gezond zijn erg moeilijk te vangen.
7 Interessante weetjes over Gewone vinvissen
- Vinvissen hebben een unieke kleurverdeling - hun kop is asymmetrisch. De rechter onderzijde van hun bek, rechterlip en de rechterhelft van hun baleinen zijn geelachtig wit, de linkerhelft daarentegen is grijs. Sommige wetenschappers denken dat de vreemde kleurverdeling een gevolg is van de jacht - de vinvissen houden de witte kant richting de school vissen om hen samen te jagen, zo lijken ze nog dreigender.
- ‘Balaenoptera’ betekent ‘gevleugelde walvis’ terwijl ‘Physalus’ ‘blaasbalg’ betekent.
- Omdat Gewone vinvissen voornamelijk ‘pelagisch’ zijn (ze spenderen de meeste tijd in de diepzee ver weg van de kust) is het moeilijk voor wetenschappers om hen te bestuderen.
- De Gewone vinvis is de tweede grootste soort van alle zoogdieren, de Blauwe vinvis is de grootste.
- Gewone Vinvissen kregen de Engelse bijnaam ‘Razorback’ (Scheermes rug) omdat ze een opvallende kam achter hun dorsale (bovenste) vin hebben.
- Gewone vinvissen produceren samen met hun neefjes, de Blauwe vinvissen de geluidstonen met de laagste frequenties van alle dieren.
- Toen wetenschappers voor de eerste keer de akoestische geluiden van vinvissen registreerden dachten ze in eerste instantie dat ze aan het luisterden waren naar geluiden van geologische oorsprong, zoals het verschuiven van tektonische platen, naar Russisch sonar experimenten om onderzeeërs te zoeken of zelfs dat hun eigen apparatuur defect was.